LAND
Verenigde Staten
HOOFDSTAD
Washington
TIJDZONE
+/- GMT -5 t/m -10
VALUTA
US$
TAAL
Engels, Spaans
Verenigde Staten
Washington
+/- GMT -5 t/m -10
US$
Engels, Spaans
Weetjes
Leuke, praktische en nuttige weetjes
Wanneer
Periode in de blog
Xtra
Lees:
Luister:
Kijk:
Auteur
Gepubliceerd op:
Geschreven door:
Foto’s door:
Met ons gezin met twee kinderen (3 en 1 jaar oud) reizen we een jaar lang over de wereld in een truck camper. Eén van onze belevenissen is onze trektocht langs de weg der wegen, de Motherroad, route 66. We beleven route 66 van het begin tot het eind, van Chicago naar Los Angeles. Een reis door acht staten van Amerika met een steeds veranderende cultuur, landschap, klimaat en tijdzone. Een reis terug in de tijd ook, vol met symboliek, waarbij je dagelijks ervaart dat route 66 veel meer is dan alleen een weg. En natuurlijk ook een reis vol ontmoetingen met bijzondere mensen. In drie delen vertellen we ons verhaal van route 66. Dit is deel twee. Route 66 door Kansas, Oklahoma en Texas.
Kansas
Route 66 loopt maar een heel klein stukje door Kansas. Vlak nadat we de grens gepasseerd zijn komen we langs een kleine opgeknapte benzinepomp, die dienst doet als café. Jammer genoeg is het niet open op dit moment. Naast het café staat een oude takelwagen en brandweerwagen geparkeerd. Op internet hebben we gelezen dat deze bewuste takelwagen de inspiratie is geweest voor Takel uit de film Cars. Hij lijkt er inderdaad precies op. De eigenaren van het café hebben er de Cars-ogen in geplaatst en het geheel ziet er grappig uit. Voor de ingewijden in de film: de brandweerwagen is precies Red. Op de weg hier staan de route 66 emblemen in het asfalt. Het geheel is weer een fotogeniek plaatje.
bij de benzinepomp staat een ruim assortiment met blikjes pruimtabak achter de balie.
Na een stukje weg door een mooi stuk natuur komen we in Baxter. Volgens de reisgidsen is dit een van de ‘ruwste’ gebieden uit Amerika. Wat daar precies mee wordt bedoeld, wordt niet uitgelegd, maar we vermoeden dat het leven hier hard is. Bij de benzinepomp waar we vragen of er een camping in de buurt is staat een ruim assortiment met blikjes pruimtabak achter de balie. Er is een camping net buiten het stadje. Als we daar aankomen blijkt er helemaal niemand te zijn, alleen vooraan bij de rivier staan een paar auto’s met vissers. Volgens een bord mag je hier kamperen voor 10 dollar per nacht. Hoe je die 10 dollar moet betalen staat echter nergens. We hebben er zelfs water en elektriciteit en er is een speeltuin bij, hoewel die wat oud is. We verwachten dat er iemand langs zal komen om het geld te komen halen, maar dat gebeurt niet. Nou ja, een keer gratis kamperen is ook niet weg. Er komen nog een paar kampeerders bij als het al donker is en er rijden regelmatig auto’s de camping op die alleen komen vissen en hier hun auto keren. De sfeer is wat vreemd, maar niet onprettig en wij slapen lekker in ons campertje. De volgende ochtend vertrekken we weer op tijd en rijden gelijk na Baxter Kansas al weer uit, Oklahoma in.
Route 66 iconen in Oklahoma
Na een paar mijl in Oklahoma moet een stuk heel oud route 66 te vinden zijn. Hier liggen stukken weg alleen in het midden geasfalteerd zijn, de zijkanten zijn gravelroad. Ze hadden destijds niet genoeg geld om alle wegen te asfalteren, dus ze konden kiezen: de helft van de lengte van de weg asfalteren en de rest onverhard laten of de weg minder breed asfalteren. Ze kozen voor het laatste. De middelste strook van de weg was geasfalteerd, zodat je verhard kon rijden zolang je geen tegenligger kreeg. Als dat wel gebeurde ging je gewoon ieder half op het onverharde stuk rijden. We moeten even zoeken om de stukken weg te vinden, ze liggen van de doorgaande route af. Het eerste stukje missen we, maar na de aanwijzingen van een vriendelijke mevrouw in een klein museum vinden we ze toch nog. Dit is leuk, de weg is uit de jaren ‘20 en er is daarna niet veel meer aan het asfalt gedaan zo te zien. Je krijgt wel een idee hoe het geweest moet zijn om in die tijd zo’n end te reizen. Het museumpje is trouwens erg leuk. Er staan een paar hele mooie oude Packards en de nodige route 66 snuisterijen.
Hier is weer een typisch Route 66 icoon te vinden. In een klein meertje, wat vroeger als zwembad fungeerde, ligt een grote blauwe walvis. Hij is gemaakt op een steiger en diende als springplank, glijbaan en trapje om het water uit te klimmen.
We lunchen vandaag bij een afzichtelijke totempaal die een of andere kunstenaar ergens in de jaren ‘30 heeft gemaakt. Daarna komen we door Catoosa. Hier is weer een typisch route 66 icoon te vinden. In een klein meertje, wat vroeger als zwembad fungeerde, ligt een grote blauwe walvis. Hij is gemaakt op een steiger en diende als springplank, glijbaan en trapje om het water uit te klimmen. Je ziet hem overal op route 66 kaarten, kleden en boeken terug, dus het is wel grappig als je ‘m nu ineens in het echt ziet. Het blijkt onderdeel te zijn van een klein natuur openlucht zwembad. Er zijn betonnen tafeltjes bij met visfiguurtjes en ook de kleedhokken en toiletten zijn in stijl geschilderd.
Het dateert uit de jaren ‘70 en is ergens in de jaren ‘80 weer gesloten bij gebrek aan klanten. Nu is het een populair bezoekpunt voor route 66 rijders. Het is prachtig weer, dus wij zitten er ook lekker een tijdje aan de waterkant en lopen op de steiger.
Vlak na Catoosa komen we bij Tulsa, een grote stad. Eerst komen we langs het Hard rock hotel. Dit heeft niets met route 66 te maken, het ziet er allemaal brandnieuw uit. Het hotel is duidelijk van de Hard rock café keten, maar heeft hier toch een wat andere uitstraling. Niet dat we er binnen zijn geweest. Maar van buiten is het supermodern en er zit een gigantisch casino bij. Casino’s zijn populair in dit deel van Amerika. We rijden regelmatig langs grote casino’s met flitsende neon reclames en er staan op ieder tijdstip van de dag wel auto’s bij geparkeerd. In het visitor information center in Tulsa krijgen we een tip voor een camping in de buurt en aangezien het inmiddels al tegen vijven loopt, gaan we daar maar eens heen.
Het blijkt een echt RV park te zijn. De faciliteiten van de camping zijn goed, de mensen zijn aardig, maar dit is toch niet waar wij het liefste overnachten. Het alternatief ligt een flink eind uit de buurt, dus we besluiten de camping maar te nemen. Het RV park bestaat hoofdzakelijk uit asfalt en zij aan zij staan hier de campers zo groot als een touringcar geparkeerd. Je kunt nog net langs je camper lopen, maar daar is dan ook alles mee gezegd. Onze camper staat als een dwergje tussen twee gigantische fifth wheels. Op het asfalt voor onze camper staat een picknickbank en dat was het dan. Aan de achterkant van de camper ligt nog een heel klein stukje gras, waar Youri en Michelle even in kunnen spelen. Je ziet hier geen mens, alsof je op een camperstalling staat. Het lijkt wel alsof het allemaal seizoensplekken zijn waar nu niemand is. Maar af en toe zien we toch een auto rijden, dus er moeten mensen zijn. Iedereen zit blijkbaar binnen in de verkoeling van de airco. Wij zitten ‘s avonds tot laat buiten in de zwoele avondlucht. We gaan naar binnen als het een beetje begint te regenen en onweren. Tot onze verbazing gaan de gebouwen met alle voorzieningen hier om 10 uur ‘s avonds dicht (inclusief de toiletten dus). Ze zijn hier echt alleen maar grote campers gewend die zelf alle voorzieningen beschikbaar hebben.
Gestrand in de home coming parade
Na een verfrissende douche en een uitgebreid ontbijt zijn we er weer helemaal klaar voor. We trekken door de binnenstad van Tulsa en verder over de prairie. Zo’n beetje tegen het midden van de dag rijden we het stadje Stroud binnen.
Hier is niets toeristisch aan, dit is gewoon helemaal echt.
Hier staat het Rock café. En rock betekent hier steen. Het café is namelijk gebouwd van stenen van route 66 (van voor het asfalt tijdperk). Het lijkt ons leuk om dit te gaan bekijken. Als we het stadje inrijden zien we dat de hoofdstraat is afgesloten voor het verkeer. Er staan politieauto’s en er komen mensen aanlopen die aan de kant van de weg gaan staan. Blijkbaar is er wat aan de hand. Wij parkeren de auto in een straatje verder en gaan eens kijken. Aan een van de toeschouwers vragen we wat er aan de hand is. De man kijkt ons enigszins verbaasd aan dat we het niet weten en vertelt ons dat het de ‘home coming parade’ is. Het kan ieder moment beginnen zegt hij. Als we vragen wie er dan thuis komt staat hij ons enorm glazig aan te kijken. We hebben nu blijkbaar een hele rare vraag gesteld. We proberen het nog eens door te vragen wat de home coming parade is. Hij begrijpt geloof ik inmiddels dat we hier niet vandaan komen, maar heeft toch wat moeite om uit te leggen wat het is. Het is voor hem zo’n begrip dat hij zich gewoon niet voor kan stellen dat iemand niet weet wat het is. Hij vertelt dat het een soort eer is aan van alles en nog wat en dat ze ook met snoepjes strooien. We besluiten maar te gaan kijken. Op dat moment komt de drumband de hoek om. Achter de drumband volgens allemaal praalwagens met de plaatselijke sportteams, de homecoming Queen en ik weet niet wat meer. Het is wel een leuk sfeertje. Het is duidelijk een lokale aangelegenheid. Stroud is maar een klein stadje en iedereen die staat te kijken kent zo ongeveer iedereen die op de wagens zit. Vanaf de wagens worden inderdaad snoepjes gegooid, die de kinderen van de weg oprapen. Het voelt alsof we even de gelegenheid krijgen om in de ‘huiskamer’ te kijken van een gemiddeld Amerikaans gezin uit deze streek. Er is hier niks toeristisch aan, dit is gewoon helemaal echt.
Als de optocht is afgelopen gaan we het Rock Café van dichtbij bekijken. Het blijkt open en ze hebben een lunchkaart, dus we besluiten onszelf op een lekkere lunch te trakteren. Het wordt natuurlijk weer een burger met friet. Als we even rondkijken in het café zien we tot onze verrassing dat de eigenaresse de inspiratie was voor Sally uit de film Cars. Er hangen allemaal krantenartikelen over en een gesigneerde poster van de makers van de film met daarop geschreven dat zij de echte Sally is. Jammer genoeg krijgen we Sally niet te zien, maar het is wel leuk om alle achtergronden te lezen en een beeld te krijgen van waarom deze vrouw de inspiratie voor Sally is. De hamburgers smaken overigens ook prima. We zijn veel langer in Stroud gebleven dan we hadden gedacht, maar dat is juist zo leuk aan het rijden van route 66. Iedere keer kom je weer onverwachte dingen tegen.
Verder door Oklahoma, naar de sfeer van het Westen
We rijden door tot in de buurt van Oklahoma City. Vlak voor Edmond, dat tegen Oklahoma City aan ligt, ligt een mooi state park aan een meer, waar we overnachten. Via Oklahoma City en Clinton komen we bij Elk City. In Elk City picknicken we in het stadspark. Het is leuk om te zien hoe de gezinnen die hier wonen hun dag doorbrengen in het park. Het is een gezellig geheel. We bezoeken het route 66 museum hier. Ze hebben er een soort openlucht museumpje van gemaakt met een paar gebouwen die vol staan met oude auto’s. Vooral de details uit de drive in bioscopen zijn erg leuk: dienblaadjes om aan je raampje te hangen bijvoorbeeld en een soort radio’s waardoor je je bestelling kon plaatsen. Vlak voor we de grens overgaan naar de volgende staat komen we in Sayre door een mooi aangelegd stadspark. Er is ook een mooie camping bij en we besluiten om hier te blijven. Er staat een groot bord dat de ranger de camping fee komt innen, maar ook hier zien we niemand.
Vanaf nu rijden we door afgelegen stukken. Delen van de route zijn hier zelfs onverhard. Als je Oklahoma binnenrijdt dan vertellen de reisgidsen dat je nu echt de sfeer van het westen binnen rijdt. In het begin kon ik dat niet zo plaatsen, maar aan het einde steeds meer. De vlaktes worden droger en kaler. Het wordt steeds dunner bevolkt, de mensen zijn wat minder efficiënt en je gaat de eerste Spaans invloeden zien, zoals Spaanstalige richtingsbordjes in de warenhuizen. Na een paar kilometer passeren we de staatsgrens en rijden we Texas binnen.
Door de panhandle van eindeloos Texas
Route 66 loopt in Texas door de ‘panhandle’ zoals ze dat hier noemen. Als je de kaart bekijkt snap je wat daar mee wordt bedoeld. Het is het meest noordelijke stukje van deze grote staat en het steekt een beetje uit ten opzicht van de rest. Afgezet tegen de enorme omvang van deze staat, loopt route 66 dus maar door een heel klein stukje van Texas. Ik weet niet op het representatief is voor de rest van Texas, maar het stuk dat wij zien voldoet aan alle vooroordelen die we ooit over Texas hebben gehoord. Alles is hier groter, beter (?) en duurder. Ik weet dat niet iedereen het met ons eens zal zijn, maar wij vinden het landschap hier mooi. Er is gewoon niets hier. En dat is wat het mooi maakt. Eindeloze vlakten. Ik weet dat ik dat eerder heb opgeschreven over andere staten, maar hier is het toch weer anders. Maar hoe omschrijf je nou weer een andere eindeloze vlakte… Het is hier droog, maar toch staat er wel gras. Maar dat is dan weer niet fris groen. Blijkbaar is het wel genoeg voor het vee om van te eten, want je komt hier langs van die enorme ranches met gigantische aantallen koeien. Het glooit lichtjes, maar van een afstand lijkt het vlak. Je kunt hier mijlenver kijken. En wij genieten ervan. Het is hier echt prachtig.
Een of andere kunstenaar heeft hier een aantal Cadillacs schuin in de grond gezet en ze met graffiti bespoten.
Door dit landschap van niets is ook niet zoveel om bij te stoppen, dus we maken snel wat kilometers. We stoppen daarom lekker vroeg op een camping aan de rand van Amarillo. Hier in de buurt zit en steak restaurant wat beroemd is voor Texas en route 66 en wat ook typisch de sfeer van Texas uitstraalt. Ze serveren er een steak van 92 oz (ik weet niet zoveel van Amerikaanse maten, maar het is in ieder geval érg groot) en als je die samen met de side dishes binnen een uur op eet dan krijg je ‘m gratis. Je kunt je van de camping op laten halen door een limo met zo’n grote hoorn op de motorkap als je in dit restaurant wilt eten. We zien ‘m regelmatig over de camping rijden, maar besluiten zelf niet te gaan.
Vlak na Amarillo ligt de ‘Cadillac Ranche’. Dit is een ‘kunstwerk’ dat ook weer bekend is onder route 66 liefhebbers. Een of andere kunstenaar heeft hier een aantal Cadillacs schuin in de grond gezet en ze met graffiti bespoten. Het ligt midden in de wijde vlakte en eromheen is dus niets. Je ziet de auto’s dan ook al van ver staan. De wagens hebben allemaal felle kleuren en die steken fel af tegen de strak blauwe lucht. We blijven hier een tijdje foto’s staan maken, want het is een fotogeniek object.
Na Cadillac Ranche rijden we weer door kilometers niets. Na een tijdje komen we bij het plaatsje Adrian. Dit plaatsje claimt precies op de helft te liggen van route 66. Nou is de route regelmatig gewijzigd, en daarmee de afstand ook. Het is dus niet precies te bepalen hoe lang route 66 nou eigenlijk is en daarmee ook niet waar de helft is. Adrian is dan ook niet het enige plaatsje wat beweert op de helft van route 66 te liggen, maar wel het enige die daar ook borden van heeft geplaatst. Tegenover het bord waar het middenpunt zou zijn is een restaurantje en we besluiten onszelf daar op een burger te trakteren. Het is niet alleen leuk, maar er zijn ook weinig alternatieven. Er zijn hier geen picknickplaatsen langs de weg en al helemaal geen speeltuinen. Er is gewoon niets en daarnaast is het ook nog smoorheet en is er nergens schaduw. Het wordt een burger dus. Het restaurantje is helemaal retro ingericht en is helemaal in route 66 stijl. En – niet onbelangrijk – ze serveren heerlijke hamburgers.
Het is of de mensen die hier woonden of werkten de deur achter zich hebben dicht getrokken en gewoon zijn weg gegaan.
De weg gaat verder. Hier en daar zelfs onverhard. Op die stukken komen we niemand anders tegen. Af en toe stoppen we en stappen we uit om een foto te maken van al dit niks, maar het is bijna niet te vangen op de foto. We komen door een heel klein plaatsje, Glenrio. Glenrio is een spookstadje, er staan alleen een paar vervallen huizen. Van dit soort stadjes zie je wel meer onderweg. Het is of de mensen die hier woonden of werkten de deur achter zich hebben dichtgetrokken en gewoon weggegaan zijn. Het is er warm en stoffig. Glenrio is niet meer dan een paar vervallen gebouwtjes, als er geen naambordje zou staan zou je het missen. Voor we het weten zijn we er dan ook al voorbij en rijden we New Mexico binnen.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!